De begroeiing in een tuin is belangrijk voor in het wild levende dieren. Vogels, insecten en zoogdieren (zoals egels, eekhoorns en vleermuizen) willen graag een tuin waar ze een plaats hebben om te schuilen, waar ze zich kunnen voortplanten en waar ze voedsel kunnen vinden.
Met die gedachte heeft Vivara een assortiment planten samengesteld dat aan bovengenoemde eisen voor een diervriendelijke tuin voldoet. Wij leggen u graag uit waar onze passie voor planten allemaal in naar voren komt!
Direct van eigen veld
De planten uit ons assortiment worden direct vanaf ons eigen veld naar u verzonden. Door dit optimale logistieke proces blijft de kwaliteit van de plant gewaarborgd. Onze planten worden goed verzorgd door plantdeskundigen en met zorg verzendklaar gemaakt.
De verpakking wordt afgestemd op de plantsoort, zodat de kwaliteit optimaal gewaarborgd wordt. Daarnaast geven we onze planten voordat ze vertrekken nog een klein beetje water zodat ze de reis met de pakketdienst goed overleven.
Groene partner Vlinderstichting Nederland
Wij slaan graag de handen ineen met onze groene partners. Dat doen we bijvoorbeeld met nestkasten en voer met Vogelbescherming en Natuurpunt, insectenhotels met Natuurmomenten en alles voor egels met Egelbescherming. Wij selecteren de planten in ons assortiment namelijk allemaal op het nut voor de dieren in uw tuin. Zo zijn hagen goed voor vogels en egels, geurrijke bloem goed voor bijen en vlinderstruiken zijn natuurlijk goed voor vlinders. Samen met onze nederlandse groene partner Vlinderstichting Nederland selecteren we ieder jaar de beste vlinderstruiken voor de vlinders in uw tuin.
On our way to planet proof
Wij hebben net als jij de natuur hoog in het vaandel staan. Daarom doen we er alles aan zo milieuvriendelijk te zijn. Dat doen we bij het produceren van bijvoorbeeld ons Green+ voer wat uit enkel organisch geteelde ingrediënten bestaat, maar dat doen we ook zo veel mogelijk als het gaat over onze planten. Want dat iets groen is wil niet zeggen dat het ook zo goed mogelijk voor het milieu is. Veel van onze producten hebben het "PlanetProof" logo. Dit keurmerk bewijst dat je producten koopt die duurzaam zijn geproduceerd. Dat is natuurlijk goed voor de natuur, dieren en het klimaat. Het gaat bij planten niet alleen om een natuurlijke teelt en duurzame productie door gebruik van meer natuurlijke meststoffen en minder gebruik van schadelijke bestrijdingsmiddelen, maar ook om gerecyclede en recyclebare verpakkingen. Zo zijn we samen On the way to PlanetProof!
Ons assortiment bestaat uit:
- Bloemen die insecten zoals vlinders, hommels en bijen aantrekken
- Struiken waar bessen aankomen die vogels eten
- Dichte struiken en klimplanten waarin dieren zoals vogels en egels een broed- of schuilplaats kunnen vinden
- Fruit- en nootdragende bomen en struiken die voor mens en dier aantrekkelijk zijn
Onderwerpen op deze pagina:
Meteen aan de slag met uw aankoop
Controleer de inhoud
Pak meteen de doos uit, ook al gaat u niet meteen planten. In de doos zit uw bestelling en de factuur. Controleer of de inhoud overeenkomt met de factuur. Mocht dit niet het geval zijn, neem dan contact met ons op. Wij zorgen voor een snelle afhandeling. Het kan zijn dat er wat schimmel op de grond in de pot zit. Planten worden verzonden in een plastic zak en krijgen voor het verzenden water om ze tijdens het transport in leven te houden, daardoor kan schimmel ontstaan. Deze schimmel kunt u eenvoudig van de grond halen voordat u de plant in de grond zet. De schimmel is namelijk niet gevaarlijk voor de planten en tast de plant niet aan.
Het liefste vandaag de tuin in
Het beste is om meteen te gaan planten. Kunt u niet meteen de tuin in om hiermee aan de slag te gaan? Geen probleem, zolang u de levende artikelen goed verzorgt en ze vervolgens zo snel mogelijk in de tuin zet.
Acht waardevolle bewaartips
- Maak de zakjes met planten open en zet ze op een droge, vorstvrije plaats.
- Bewaar potplanten in een koele, lichte ruimte. Zet ze niet in de volle zon en geef de planten wat water.
- Sommige (fruit)struiken, bomen en coniferen zónder strokluit zijn verpakt in een kunststof zak. Houd de kunststof zak rondom deze houtachtige gewassen gesloten. Zet het geheel weg op een koele, lichte plaats maar vermijd te veel zonlicht.
- Bewaar houtachtige gewassen mét strokluit (struiken en coniferen) eveneens op een koele lichte plek voordat ze geplant worden. Let op dat ze niet uitdrogen. Geef ze water of dompel ze in een emmer water.
- Zet de wortels van rozen en sierstruiken zonder kluit in een strokluit van gemalen roggestro om uitdrogen te voorkomen.
- Voor alle planten, struiken en rozen geldt: plant nooit wanneer het vriest! Bewaar ze ook altijd op een vorstvrije plaats.
- Bewaart u uw aankoop langer dan enkele dagen in de buitenlucht? Zorg dan voor extra bescherming voor houtachtige gewassen . Dit kunt u het beste doen door ze op te kuilen: graaf een greppel en leg er schuin planken in. Gebruik de opgegraven grond als steun. Giet water over de wortels en maak de greppel dicht.
- Bewaart u uw gewassen in schuur of garage? Plaats dan groenblijvende struiken en coniferen op een plek in de schaduw. Laat de wortels ingepakt totdat er daadwerkelijk geplant wordt. Planten zónder kluit of blad kunnen op de grond gelegd worden en worden afgedekt met vochtige doeken of zakken.
In welke staat ontvangt u de plant?
De wortels doen hun werk
De meeste planten die u ontvangt zijn in rust. Dit betekent dat ze niet in bloei staan en er dus niet op hun voordeligst uitzien. De belangrijkste reden om een plant tijdens de rustperiode te versturen is dat ze zo meer kunnen verdragen dan in de groei- en bloeifase. Planten in rust ‘slapen’ lekker door de verzending en het transport heen. Als het nodig is verlengen we de rustperiode zelfs door de planten langer bij een lagere temperatuur te bewaren. Boven de grond is het dus niet de mooiste aanblik, maar onder de grond doen de wortels wel degelijk hun werk om de komende seizoenen een bloeiende en groeiende plant te worden.
In de lente en zomer kan het voorkomen dat de planten bloeiend verstuurd worden. De bloemen kunnen dan tijdens het transport verwelken. De plant gaat zodra deze in de grond geplant is eerst zijn wortels vastzetten, daarna gaat de plant pas beginnen met het groeien van bloemknoppen. Het kan dus zijn dat u het eerste jaar geen bloemen in de plant krijgt.
Het beoordelen van goede kwaliteit
De kwaliteit van de plant hangt af van de wortels. Om de kwaliteit te beoordelen doet u het volgende:
Neem de kweekpot in de hand en keer hem om. Tik enkele malen op de bodem om de kluit los te maken.
Trek voorzichtig aan de pot zodat de kluit er uitgaat. Als u meteen gaat planten hoeft u de wortelkluit niet meer terug te doen in de pot. Controleer of de wortels duidelijk herkenbaar aanwezig zijn door de gehele kluit en of ze de kluit goed bij elkaar houden. De plant is sterker naarmate hij meer wortels heeft. Een plant met een goed doorwortelde potkluit is dus van goede kwaliteit. Er zit vrij veel verschil in de dikte van de wortels: de ene plant heeft dikke wortels terwijl de andere dunne stengeltjes heeft.
Planttip:
Wanneer u de plant niet goed uit de pot krijgt, knip de pot dan kapot. Om de hergroei te bevorderen is het van belang dat de wortels goed los zitten. Knijp daarom een paar keer flink in de wortelkluit voordat u hem gaat poten. Druk de grond rondom de plant stevig aan nadat u geplant heeft. Geef de plant meteen water en blijf dat de eerste tijd herhaaldelijk doen.
Garantie
Vivara levert alleen 100% kwaliteitsplanten van eigen veld en biedt u 100% Vivara groeigarantie op al uw aankopen. Daarnaast hebben al onze planten 2 maanden groeigarantie. Aangezien u planten in rust toegestuurd krijgt duurt het een aantal weken voordat ze wakker worden. Lees meer over onze garantieregeling op de pagina Garantie & Retouren
Vaste planten
Een pot zorgt voor een sterke wortelkluit
Hoe beter de wortels van een plant ontwikkeld zijn, des te sneller zal de plant groeien. Een sterke en stevige wortelkluit creëer je door jonge planten in potten op te kweken. Wanneer u uw aankoop ontvangt, laat dan de pot nog even om de plant heenzitten. Verwijder de pot pas nét voordat u hem plant. Geef hem regelmatig water om hem fris en gezond te houden.
Wanneer geen pot?
Niet alle planten hoeven in een pot gekweekt te worden. Planten met een wortelstok of dikke, vlezige wortels kunnen direct de grond in. Spreid in het plantgat de wortels breed uit, pas wel goed op dat ze niet breken.
Wanneer de grond in?
De planttijd voor een vaste plant is het voorjaar en de herfst. De warme zomermaanden zijn niet geschikt en planten in de winterse vrieskou is absoluut ‘verboden’. Het kweken van planten in potten zorgt ervoor dat de planttijd veel langer is geworden. Voor het beste resultaat is het echter aan te bevelen om vroeg in de lente of laat in de herfst te planten.
De juiste plantafstand
Wat is de juiste plantafstand? Het is moeilijk hier één stelregel voor te geven. Hoe snel een plant groeit hangt namelijk af van het soort grond waarin hij geplant is, maar ook van de standplaats en de ruimte die een plant heeft. Globaal zijn er per m² 11 planten nodig. De onderlinge afstand bij lage plantjes ligt tussen de 20 en 25 cm. Middelhoge plantjes worden op een onderlinge afstand van 35 tot 40 cm geplant. Voor grote planten kan een afstand van 50 tot 75 cm gerekend worden.
Plaatsen van de planten
Begin altijd met planten achterin de border en werk van daaruit naar voren zodat u niet de zojuist geplante gewassen vertrapt. Haal de plant, pas net voordat hij de grond ingaat, voorzichtig uit de pot. Wanneer dit moeilijk gaat kunt u de pot openknippen met een schaar. Til de plant met kluit uit de kweekpot. Om de hergroei te bevorderen is het van belang dat de wortels goed los zitten. Knijp daarom een paar keer stevig in de wortelkluit. Nu kunt u de plant in het door u gemaakte plantgat in de grond plaatsen. Druk na het planten de grond rondom de plant stevig aan. Geef, als alle planten geplaatst zijn, voldoende water met de gieter of met een tuinslag met zachte straal. Een harde straal slaat de grond dicht. Zorg ervoor dat de planten de eerste tijd dagelijks water krijgen.
Genieten van bloemenpracht
Bij de meeste vaste planten sterven blad en stengels af in de herfst, maar in de lente komen ze weer tot bloei. Dit geldt voor zowel borderplanten als voor zomerbloeiers. Naarmate vaste planten ouder worden, bloeien ze elk jaar met meer bloemen. Om zolang mogelijk van de bloemenpracht te kunnen genieten, is het van belang om de uitgebloeide bloemen steeds te verwijderen.
Verzorging van uw plant
Met name hoge planten hebben wat extra aandacht nodig. De rest van de planten hebben aan geringe verzorging al genoeg. Steek bij hoge planten, ter ondersteuning, wat takken tussen de planten in. Deel de planten als ze te groot worden. Dit doet u door de plant voorzichtig uit de grond te halen en met een scherpe spade of mes de kluit in stukken te verdelen. Plant, nadat u de dode wortels en rotte plantendelen heeft verwijderd, de gedeelde kluitstukken los van elkaar in de grond. U zult zien dat de jonge planten snel weer gaan groeien. Het is aan te bevelen om, zeker in het begin, regelmatig te wieden. Niet alleen de jonge planten groeien namelijk snel, ook het onkruid zal tussen de planten groeien. Na enige tijd krijgt het onkruid bijna geen kans meer om zich te ontwikkelen omdat de planten naar elkaar toe gaan groeien. Het onkruid komt er dan gewoonweg niet meer tussen.
Enkele tips:
Planten in het najaar: de voordelen
Planten in het najaar heeft een aantal voordelen: De planten groeien nog voor de winter vast en van planten die vroeg bloeien kun je in het voorjaar al genieten. Bovendien zijn ze in de daaropvolgende zomer beter bestand tegen periodes van droogte. Het is van belang om de wortelkluit goed vochtig te maken voor het planten.
Verbetering grondstructuur
Elke grondsoort vereist een eigen benadering om de grondstructuur te verbeteren. Zandgrond is los en houdt het water niet goed vast. Door compost door de bovenste grondlaag te mengen komt er meer samenhang in de grond en kan het water beter vastgehouden worden. Kleigrond is juist erg vast. De compost maakt deze grond losser en luchtiger van structuur. Wortels moeten kunnen ademhalen, luchtigheid is dus van groot belang. Om er verzekerd van te zijn dat de wortels voldoende voeding op kunnen nemen, kan er extra koemest door de compost gemengd worden.
Harken in het voorjaar
Laat in het najaar voldoende blad liggen. De bladeren bieden bescherming aan de planten en verteren ter plekke. De beste tijd om de bladeren weg te harken en oude stengels af te snijden is het voorjaar. In het najaar kun je de bladeren naar de composthoop brengen om ze als compost in het voorjaar weer tussen de planten te verspreiden, maar dat is dus dubbel werk.
Kijk als eerste naar de grond
Het eerste waar u naar dient te kijken wanneer u een plant gaat kopen, is de gesteldheid van de grond in uw tuin. Bepaal uw plantkeuze aan de hand van de in uw tuin aanwezige grond. Alle planten komen het meest optimaal tot groei en bloei als de grond goed is van structuur. Een goede structuur zorgt ervoor dat de grond vocht kan vasthouden en voldoende lucht bevat. Indien de grond in uw tuin geen goede structuur heeft, kunt u die natuurlijk wel verbeteren.
Verhoog waterhoudend vermogen
U kunt op een vrij gemakkelijke manier het waterhoudend vermogen van uw tuin verhogen. Dit doet u door de bovenste laag van een dichte zand- of kleigrond te mengen met organisch materiaal. Deze compost kan namelijk negen maal zijn eigen gewicht aan vocht opnemen. Voor veel planten zorgt dat beetje compost voor net voldoende water tijdens korte droogteperioden.
Klimplanten
De beste plek om te planten
De klimop groeit zelfstandig omhoog. Veel klimplanten hebben echter niet voldoende hechtwortels om omhoog te ‘klimmen’. Daarvoor kunt u klimplantengeleiders of een klimrek aanschaffen. Deze laatste kunt u het beste op enige afstand van de muur of schutting plaatsen zodat de klimplant de ruimte heeft om te groeien. Waar kunt u uw klimplant het beste planten? Dit varieert per plant. Met name de bloeiende klimplanten staan graag in de zon. Dit geldt echter niet voor alle klimplanten. De Clematis is bijvoorbeeld een echte bosplant die met zijn wortelhals uit de zon gehouden moet worden. Aanbinden van deze plant is vaak nodig omdat de ranken zich niet stevig genoeg hechten, behalve in struiken en bomen. Klimop kan prima in de schaduw staan. Een uitzondering hierop is de bontbladige variëteit: die heeft veel zon nodig.
Wanneer planten?
Er kan al vroeg in het najaar gestart worden met planten en in het voorjaar kan er nog lang door geplant worden. Dit betekent dat er in de herfst vanaf september geplant kan worden en dat in de lente er nog tot mei door gegaan kan worden.
Planten: de werkwijze
Zorg voor een ruim plantgat. Met name bij een fundering is dit van groot belang. Vul dit gat met goede grond of compost en plaats de plant vervolgens schuin naar de wand. Geef sterke klimmers zoals klimop en blauwe regen voldoende ruimte in de hoogte en de breedte om te groeien. Plaats de kluit eerst een nacht in een emmer water voordat u gaat planten. Plant dan de klimop op dezelfde manier als dat u een boom plant. Het enige verschil is dat bij klimplanten het gaas moet worden losgeknoopt en onder de wortels blijft liggen. Voorkom dat de plant uitdroogt en geef hem vaak en voldoende water. Vroeg in de herfst en laat in het voorjaar kan het namelijk langdurig droog zijn.
Sierheesters en sierbomen
Plant in voor- of najaar
De beste tijd om sierstruiken en sierbomen te plaatsen is in het voor- en najaar. In deze periodes zijn de planten in rust en kunnen ze prima getransporteerd worden. Plant nooit bij vorst. De plant kan dan niet aan water komen en de koude lucht kan de wortels uitdrogen of vorstschade veroorzaken. Bomen of struiken in container of pot kunnen ook in de zomer geplant worden. Geef de planten in de weken erna wel extra veel water. Ze hebben dan namelijk al bladeren en verdrogen dus sneller.
Planten
Het planten van de sierheester of –boom gaat als volgt in zijn werk: plaats de heester of boom in een emmer water. Maak vervolgens een ruim plantgat. Om de wortels ruimte te geven om water en voedingsstoffen te zoeken, schept u de bodem goed los. Nu bent u klaar om te planten. Zet de plant in het plantgat en zorg ervoor dat de wortelhals onder de grond zit. De wortelhals is te herkennen aan de kleine verdikking die van kleur verschilt met de rest van de stam. Vul de helft van het plantgat met aarde en giet er een behoorlijke scheut water in. Maak dan de kuil verder dicht. Druk vervolgens de grond stevig aan en giet er weer wat water bij. Zorg ervoor dat de boom of heester ook na het planten voldoende water krijgt.
Potten en strokluit
Verwijder de pot bij de struiken die in een kweekpot geteeld zijn. Doe dit heel voorzichtig en probeer de kluit zoveel mogelijk heel te houden. Verwijder bij planten met strokluit eerst de strokluit zodat de naakte wortel zichtbaar is. De kleine haarwortels aan de kluit zijn namelijk nodig voor het opnemen van water.
Geringe verzorging voor mooi resultaat
Struiken en bomen zijn zeer makkelijk in onderhoud. In het voorjaar hebben ze wat extra organische mest nodig. Denk aan compost vermengd met koe- of kunstmest. Om wortelbeschadigingen te voorkomen kunt u de mest luchtig en niet te diep omwerken. Ook kunt u de mest op de oppervlakte laten liggen. Bij geënte struiken en bomen zoals de walnoot is het van belang om de siervorm goed in tact te houden. Knip daarom de afwijkende groei weg. Bij bontbladige struiken raden we u aan om de groene takken meteen weg te knippen. Onkruid wieden kan het beste gebeuren met de hand of voorzichtig met een schoffel.
Tips voor succesvolle verplanting:
In het voor- en najaar zijn heesters goed te verplanten. Wilt u hem verplaatsen naar een geschiktere plek volg dan de volgende stappen:
- Bind de takken samen zodat u goed bij de wortels kunt.
- Steek een ruime cirkel om de boom heen met schep of spade.
- Maak een soortgelijke cirkel op de breedte van een spader wijder.
- Haal de grond weg tussen de twee cirkels tot minstens 50 cm diepte.
- Steek vanuit de gleuf de onderste wortels door. Dit gaat vrij makkelijk omdat de zijwortels reeds zijn doorgestoken.
- Maak een nieuw plantgat. Dit gat moet ongeveer 30 cm groter zijn dan de wortelkluit.
- Maak de bodem goed los en zet de boom in het plantgat.
- Maak de kuil verder dicht met aarde en stamp de grond flink aan.
Hagen
Planttijd
De beste tijd om een bladverliezende haag te planten is november. De planten kunnen dan al wortelen en aanslaan voordat de winter begint. Zolang het niet vriest kunt u de hele winter, tot in april, doorplanten. De beste tijd om groenblijvende hagen te planten is in oktober of april.
En dan planten
Maak 24 uur van te voren de wortels goed nat en zet ze in een emmer water of begiet ze overdadig. Graaf een sleuf die diep en breed genoeg is om de wortels in uit te spreiden. Strooi in de sleuf een mengsel van tuinturf en/of compost. Als de haag in zware kleigrond geplant wordt, voeg dan ook zand toe. Trap de grond waarin de wortels zich bevinden voorzichtig aan, zodat de haag mooi rechtop blijft staan.
Water
Het is belangrijk dat de planten tijdens en vlak na het planten voldoende water krijgen. Dit doet u door het ‘inwateren’ van de haag: zoveel water geven dat de grond volledig verzadigd is. Alle tussenruimten worden gesloten en het water sijpelt door tot onder de wortels. De wortels komen op die manier stevig in contact met de grond. Ook het eerste jaar na het planten geeft u regelmatig water. In de jaren daarna hoeft u alleen in droge perioden water te geven. Alleenstaande planten hebben doorgaans minder water nodig dan struiken die deel uitmaken van een haag.
Tegengaan verdamping
Struiken die in de winter droogstaan, krijgen in het voorjaar bruine takken. Om dit te voorkomen raden we u het volgende aan: bedek de grond onder de haag met een laag organisch materiaal zoals bladeren, snoeisel van de haag zelf of houtsnippers. Op deze manier wordt onnodige verdamping uit de grond tegengegaan.
Vrije haag of vormhaag
Er zijn twee manieren om een haag te snoeien: als vrije haag of als vormhaag. Wanneer u bijvoorbeeld een grote tuin heeft en ervoor kiest om de haagplanten volledig uit te laten groeien tot een vrije haag, bedenk dan dat de haag op den duur erg breed wordt. Ook bij een vrije haag moeten de struiken elk jaar enigszins gesnoeid worden. Alle te ver uitstekende takken en dode en zieke takken moeten eraf geknipt worden. Een vormhaag vraagt vanzelfsprekend meer onderhoud. Deze moet ieder groeiseizoen een aantal keren worden gesnoeid. Let er hierbij op dat u de haag van boven smaller snoeit dan van onderen. Op deze manier kan er voldoende licht doordringen en blijven de onderste takken ook mooi groen. U begint bij het snoeien aan de zijkanten en werkt vervolgens naar boven.
Snoeitip:
Span, wanneer u gaat snoeien, een touwtje om de juiste hoogte aan te geven.
Fruit uit eigen tuin
Plant de boom
Haal de fruitboom pas uit de verpakking zodra u daadwerkelijk gaat planten. Doordat de wortels ingepakt zitten in een strokluit, blijven ze lang vochtig. Volg onderstaande stappen, wanneer u uw boom of struik gaat planten: Plaats de boom of struik, voor het planten, een halve dag met strokluit in het water. Spit een ruim plantgat en maak de zijwanden en de bodem goed los. Verwijder de strokluit die om de wortels heenzit en plaats de boom in het plantgat. Plaats een paal naast de boom waar u hem later aan vast kunt zetten. Vul het plantgat met aarde totdat hij halfvol zit. Trek de boom even schuddend omhoog zodat de oculatie net boven de grond uitsteekt. Vul het gat verder op en stamp de grond rondom de boom goed aan. Geef de boom of struik voldoende water.
Aardbeien
Een makkelijke plant is de aardbeiplant. Ook op minder goede grond gedijen onze Zomerkoninkjes goed en geven ze goede vruchten af. De beste grond om aardbeien op te kweken is echter lichte humusrijke grond. Circa drie jaar achter elkaar kunnen aardbeien van hetzelfde bed worden geteeld, daarna moeten ze worden gerooid. Aan te raden is om dan het aardbeienbed op een andere plek te kweken en nieuwe (virusvrije) planten aan te schaffen. Om al eerder van uw verse aardbeien te kunnen genieten geven wij drie mogelijke manieren om de opkomst van de aardbeiplanten te vervroegen: Gebruik tunnelkasjes of een platte bak. Gebruik zwarte plantfolie waardoor de grond eerder opwarmt. Leg in maart en april voor enkele weken gaatjesfolie over de planten. Wilt u uw vruchten schoonhouden en voorkomen dat er onkruid gaat groeien tussen de planten, dan raden we u aan om stro of plantfolie te gebruiken. Bij deze laatste worden de planten in de gaten geplant.
Appels
Bij appels is er vrijwel altijd kruisbestuiving nodig voor bevruchting. Dit houdt in dat er minstens twee of drie appelbomen in elkaars nabijheid moeten staan. Appels hebben een voedselrijke grond nodig. In het voorjaar kunt u kunstmest (mengmest) door de grond mengen. Per m² is 50 gram nodig. In het najaar is stalmest of compost ook een optie. Voor appels is het van belang dat de zuurgraad in de grond niet te hoog is. Om de zuurgraad op peil te houden kunt u om het jaar 50 gram kalk per m² over de grond uitstrooien. Bij kleigrond is dit niet nodig.
Om ervoor te zorgen dat er sneller appels aan de boom komen is het goed om de takken uit te buigen. Dit gaat de groei van de takken tegen, maar zorgt wel voor een snellere vruchtdracht. Bij het snoeien is het van belang er op te letten dat er voldoende licht in de kroon komt. Dunningsnoei is hiervoor een goede manier en kan het beste plaatsvinden in december tot maart.
Bosbessen
Terwijl appels niet van zure grond houden, gedijen bosbessen juist erg goed op zure grond met een hoog humusgehalte. Strooi dus wat extra tuinturf in het plantgat. Ook raden we u aan om een flinke laag compost over de wortels te strooien, aangezien deze zich erg oppervlakkig wortelen. Bosbessen vermeerderen zich door kruisbestuiving. Plaats dus altijd twee of drie struiken bij elkaar. Bosbessen hebben weinig voeding nodig. Ze hebben voldoende aan 20 gram mengmest per struik in het voorjaar.
Bramen
De beste manier om bramen te telen is door ze aan draden te hangen. Indien u ze teelt op zware grond, spit de aarde dan eerst goed los. Teelt u de bramen op lichte grond, voeg dan flink wat compost aan het plantgat toe. Het snoeien van de braamstruiken gaat als volgt: Snoei de takken weg waar vruchten aan hebben gezeten en die nu bij de grond hangen. Snoei ook de eventuele zijtakjes weg tot één of twee knoppen en zorg dat de maximale taklengte twee meter is.
Druiven
Hoewel de druif meestal als klimplant geteeld wordt, is hij dat eigenlijk niet. Om die reden heeft deze plant dan ook wat extra ondersteuning nodig in de vorm van een rek of een stok. Verder heeft de druif veel kalk nodig. Strooi daarom bij het planten wat kalk op de grond.
Om een grote, sappige druiventros te krijgen is ‘krenten’ noodzakelijk. Dit houdt in dat de tros wordt uitgedund met de kleine vruchtjes om de rest van de tros de ruimte te geven om te groeien. December is de beste tijd om te snoeien. Dek de voet van de plant in de winter af met stalmes of compost en geef hem in maart flink wat water. Op deze manier groeit de druivenplant het beste.
Frambozen
Net als bramen kunt u frambozen het beste kweken aan draden. Deze struik groeit het beste op lichte, doorlatende grond. Elk jaar komen er nieuwe scheuten aan de struik waar het jaar erop vruchten aankomen. De eerste twee jaar hoeft de struik – op dood hout na- niet gesnoeid te worden. In het derde groeijaar echter wel. In dat jaar moet u de struik snoeien tot er vijf mooie, goed vertakte hoofdtakken overblijven. Knip de takken die laat ontspringen of geen mooie vorm of richting hebben weg tot bij de grond en snoei direct na de oogst de vruchtdragende takken eraf. Om een jonge grondscheut ruimte te geven, raden we u aan om elk jaar een oude tak weg te knippen. De beste maand om te snoeien is maart. Maar ook na de oogst is een geschikte periode om te snoeien.
Kersen
Kersen groeien het beste op voedzame, maar niet al te zware en natte grond. Ze hoeven bijna niet gesnoeid te worden. Bemesting is wel nodig. Dit hoeft echter pas als de bomen vruchten gaan dragen. Vanaf dat moment kunt u de kersenboom 50 gram mengmest per m² en eventueel 20 gram kalk geven. Op kleigrond hoeft dit echter niet.
Kruisbessen
Kruisbessen zijn makkelijk in onderhoud. Wel is het van belang dat ze in vochthoudende grond staan. Wanneer u een droge tuin heeft, raden we u aan ze extra water te geven met gieter of sproeier.
Peren
Een perenboom heeft dezelfde voeding en verzorging nodig als een appelboom. Ook de kruisbestuiving gaat op dezelfde manier waardoor we u aanraden twee a drie perenbomen bij elkaar te plaatsen. Een perenboom, en met name de hoofdtak, groeit sterk. Als u hem niet snoeit wordt hij hoog en smal. De zijtakken blijven hierbij achter. Om een brede kroon te krijgen dient u de takken uit te buigen. Dat moet de eerste jaren na het planten gebeuren en dan bij voorkeur vóór de bloei in het voorjaar. De verticale scheuten (waterloten) kunnen in de winter worden weggesnoeid.
Pruimen
Vochtige grond, vrij van onkruid. Dat is de grond waar de pruimenboom het beste tot zijn recht komt. Het is dus van belang om gras en onkruid te bestrijden rondom de pruimenboom. De meest geschikte manier hiervoor is door diep te schoffelen. De takken van de pruim moeten, net als bij de appel- en perenboom, uitgebogen worden. Een pruimenboom hoeft nagenoeg niet gesnoeid te worden. Het enige snoeiwerk dat bij de pruimenboom verricht moet worden, is het uitdunnen door het wegknippen van de lange takken. De beste tijd om te snoeien is in de zomer, direct na de pluk.